EHRM 3 februari 2005, F.L. tegen Oostenrijk

De klager in deze zaak werd beschuldigd van het hebben van homoseksuele contacten met jonge mannen tussen 14 en 18 jaar oud, hetgeen strafbaar was onder het Oostenrijkse wetboek van strafrecht (artikel 209). Hij werd veroordeeld tot drie maanden voorwaardelijke gevangenisstraf. De klager kwam in het geweer tegen zijn straf omdat artikel 209 alleen gold voor homoseksuele mannen: lesbiennes en heteroseksuelen werden niet gestraft wanneer zij seksuele contacten hebben met minderjarigen in de leeftijd van 14 tot 18 jaar. Het Hof oordeelde dat in casu sprake was van discriminatie en dat een ontoelaatbare inbreuk werd gemaakt op het recht op respect voor het privé-leven. De Oostenrijkse wetgever had artikel 209 hangende de procedure waarin de klager werd verdacht en veroordeeld evenwel herroepen, maar dat had geen gevolgen voor deze klager: hij werd door de nationale rechter schuldig bevonden. Het Straatsburgse Hof kende een hoge schadevergoeding (€ 17.500,-) toe.

Bron

EHRM 3 februari 2005, F.L. t. Oostenrijk