De werkgroep Jeugdrecht van het NJCM stelt dat de voorgestelde wijzigingen onvoldoende waarborgen bieden voor de rechtsbescherming van kinderen in jeugdbeschermingsprocedures. De belangrijkste opmerkingen zijn:

🔹 Beperkte toegang tot de rechter voor kinderen in juridische procedures – Kinderen hebben onvoldoende mogelijkheden om zelfstandig toegang te krijgen tot de rechter en hun stem effectief te laten horen, wat botst met onder meer artikel 12 van het VN-Kinderrechtenverdrag (IVRK).
🔹Geen vertegenwoordiger in de zin van artikel 12(2) IVRK – In procedures waarin de belangen van kinderen en hun ouders kunnen botsen, is het belangrijk dat een bijzondere curator de mening van kinderen vertegenwoordigt. In het wetsvoorstel is daarover echter niets opgenomen.
🔹 Geen regeling voor (kosteloze) rechtsbijstand voor kinderen – In tegenstelling tot ouders hebben kinderen in geen enkele jeugdbeschermingsprocedure een zelfstandig recht op (kosteloze) rechtsbijstand, terwijl zij in een kwetsbare positie verkeren en vaak niet zelfstandig juridische hulp kunnen bekostigen. Het NJCM beveelt daarom aan om standaard jeugdrechtadvocaten tot bijzondere curator te benoemen.

De werkgroep Jeugdrecht van het NJCM roept het kabinet op om de bescherming van kinderrechten in jeugdbeschermingsprocedures te versterken door de zelfstandige toegang tot de rechter voor kinderen beter te waarborgen, de rol van de bijzondere curator als vertegenwoordiger van het kind te verduidelijken en (kosteloze) rechtsbijstand te garanderen door standaard jeugdrechtadvocaten tot bijzondere curator te benoemen.

De volledige brief aan het Ministerie van Justitie en Veiligheid is hier te lezen.