Kirgizische mensenrechtenverdediger Askarov: slachtoffer ernstige mishandeling en oneerlijk proces

Azimzhan Askarov, een prominente mensenrechtenverdediger in Kirgizië, is na zijn arrestatie in 2010 het slachtoffer geworden van ernstige mensenrechtenschendingen, zoals zware mishandeling. Ook heeft hij geen eerlijk strafproces gehad. Dat stelt de International Commission of Jurists (ICJ), de moederorganisatie van het NJCM, in een rapport dat gisteren is gepubliceerd.

Askarov, de directeur van mensenrechtenorganisatie ‘Air’, werd gearresteerd na het ernstige etnische geweld in het zuiden van Kirgizië in juni 2010. Hij werd beschuldigd van medeplichtigheid aan de moord op een politieman en aan opruiing. Hijzelf heeft altijd ontkend zelfs maar in de buurt te zijn geweest. Askarov en een aantal medeverdachten werden veroordeeld tot levenslang; dit werd bevestigd in hoger beroep en door het Hooggerechtshof. De rechters negeerden hierbij geloofwaardige claims van foltering en andere schendingen.

De ICJ vond overtuigend bewijs dat Askarov na zijn arrestatie en gedurende het proces en het hoger beroep werd onderworpen aan constante ernstige mishandeling. Tijdens het proces werden niet alleen de verdachten, maar ook de advocaten en potentiële getuigen voor de verdachten, voortdurend bedreigd. Het werd de advocaten onmogelijk gemaakt een verdediging te voeren. Basisgaranties zoals het waarborgen van veiligheid voor getuigen, rechters en advocaten ontbraken.

De ICJ roept de regering van Kirgizië op om onmiddellijk een onderzoek te starten naar de claims van foltering en wrede behandeling van Askarov en zijn medeverdachten, en om een nieuw – eerlijk – proces te verzekeren voor Askarov en zijn medeverdachten.

In het kader van het onderzoek vond in december 2011 een ICJ-missie plaats. De ICJ-rapporteurs woonden de hoorzitting van het Hooggerechtshof in Bishkek bij, waarin de veroordeling van Askarov tot levenslang werd bevestigd. De missie sprak met non-gouvernementele organisaties, advocaten, vertegenwoordigers van het slachtoffer, de Procureur-Generaal en haar medewerkers, alsmede met Askarov die zich in detentie bevond. De missie bestond uit Róisín Pillay, directeur van het ICJ-Europaprogramma, Daniyar Kanafin, advocaat uit Kazakhstan en Dr. Eva Rieter, universitair docent aan de Radboud Universiteit Nijmegen en bestuurslid van het NJCM. Rieter nam het internationaalrechtelijke deel van het rapport voor haar rekening. Het ICJ-rapport brengt de gebeurtenissen gedetailleerd in kaart en evalueert de feiten op basis van de internationale mensenrechtenverplichtingen van Kirgizië en op basis van het Kirgizische strafrecht.

Voor meer informatie kunt u bellen met Eva Rieter van het NJCM (071-5278841) of Róisín Pillay van de ICJ (+41 22 979 3830, roisin.pillay@icj.org).

Klik hier voor het ICJ-persbericht over de Kirgizie-missie, 19 september 2012.

Klik hier voor de volledige tekst van het rapport ‘Report on the arrest, detention and trial of Azimzhan Askarov’, 19 september 2012.

Het rapport is ook verkrijgbaar in het Russisch.