DEN HAAG. Op 21 januari 2016 heeft de Tweede Kamer het wetsvoorstel aangenomen voor de Rijkswet houdende goedkeuring van het op 13 december 2006 te New York tot stand gekomen Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap (33 992 (R2034). Het doel van dit VN-verdrag is het volledige genot door alle personen met een handicap van alle mensenrechten en fundamentele vrijheden op voet van gelijkheid te bevorderen, beschermen en waarborgen, en ook de eerbiediging van hun inherente waardigheid te bevorderen (artikel 1). In het verdrag speelt het beginsel van gelijke behandeling of non-discriminatie een centrale rol. Het verdrag is een aanvulling op de bestaande mensenrechtenverdragen.
Staatssecretaris Martin van Rijn (VWS) heeft verheugd gereageerd op het instemmen van de Tweede Kamer met het VN-Verdrag. Van Rijn: ‘Dit is met recht een zeer betekenisvol moment voor heel veel mensen, voor mensen met een handicap maar ook voor hun dierbaren. Als bevestiging dat iedereen meetelt. We praten hier al lang over en nu gaan we het doen.’
Ook heeft de Tweede Kamer diezelfde dag het wetsvoorstel aangenomen voor de Wet uitvoering van het op 13 december 2006 te New York tot stand gekomen Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap (33 990). Dit wetsvoorstel bevat de wetswijzigingen die nodig zijn om het VN-verdrag te kunnen bekrachtigen. Het gaat om wijzigingen van o.m. de Wet gelijke behandeling op grond van handicap of chronische ziekte en de Kieswet.
De beide wetsvoorstellen worden nu behandeld door de Eerste Kamer. Het voorbereidend onderzoek door de Eerste Kamercommissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport vindt plaats op 16 februari 2016.
Bronnen
Stemmingsuitslagen Tweede Kamer 21 januari 2016.
Nieuwsbericht Rijksoverheid 21 januari 2016.
