Antwoorden Nederland op ‘List of Issues’ CEDAW-comité

GENÈVE. De Nederlandse regering stuurde op 27 oktober haar antwoorden op de vragen die de Pre-session working group van het VN-comité inzake de ‘Convention on the Elimination of All Forms of Discrimination Againist Women’ (CEDAW) op 4 augustus stelde in zijn ‘List of Issues’.

Deze antwoorden zijn ter voorbereiding van de bespreking van de vierde periodieke rapportage van Nederland tijdens de 37ste sessie van het CEDAW-comité van 15 januari tot 2 februari 2007. Hieronder kunt u de antwoorden van de Nederlandse regering op ‘List of Issues’ downloaden.

Het CEDAW (Verdrag inzake eliminatie van alle vormen van discriminatie van vrouwen) bestaat 30 artikelen en omschrijft de rechten van de vrouw in de context van het universele regime van de mensenrechten. In dat kader schrijft het verdrag maatregelen voor die staten moeten nemen om de discriminatie van vrouwen op allerlei gebieden tegen te gaan.

Het CEDAW stamt uit 1979 en trad in Nederland in 1991 in werking. Er zijn 185 staten partij bij dit verdrag. Deze landen zijn elke vier jaar verplicht te rapporteren aan het CEDAW-comité, dat bestaat uit 23 onafhankelijke experts. Daarnaast heeft het CEDAW-comité de bevoegdheid individuele klachten te onderzoeken (Optional Protocol). De experts worden door de verdragspartijen voorgedragen en gekozen.

BRONNEN

Schaduwrapportage CEDAW 2006.doc