Brits Lagerhuis wijst antihaatwet af

LONDEN. De Britse regering heeft woensdag in het Lagerhuis de stemming verloren over een wetsvoorstel dat beledigende en kwetsende uitlatingen over religies strafbaar stelde. Mensenrechtenorganisaties en anderen hadden tegen dit wetsvoorstel geprotesteerd, omdat het een te grote beperking van de vrijheid van meningsuiting zou vormen.

Het Lagerhuis verwierp het wetsvoorstel van de regering met een meerderheid van slechts één stem (282 voor; 283 tegen). Deze uitkomst vormt een onverwachte nederlaag voor premier Blair.

Op grond van het het wetsvoorstel van de regering kon iemand worden vervolgd omdat hij of zij religieuze haat aanwakkerde door mensen te bedreigen, beschimpen of beledigen. Het Lagerhuis bracht twee amendementen aan waardoor de reikwijdte van de strafbepaling werd beperkt tot het opzettelijk aanwakkeren van religieuze haat door dreigende woorden en gedrag. Het Lagerhuis specificeerde daarbij dat het dreigement opzettelijk (‘intentional’) moet zijn gemaakt, en dat het leveren van kritiek, het beledigen en belachelijk maken van religie of een religieuze praktijk niet strafbaar is.

Tegenstanders van het oorspronkelijke wetsvoorstel, waaronder mensenrechtenorganisaties en de komiek Rowan Atkinson, stelden dat dit wetsvoorstel de vrijheid van meningsuiting te zeer zou beperken. Voorstandens van het wetsvoorstel daarentegen hadden betoogd dat religieuze groepen dezelfde bescherming tegen ’hate speech’ zouden moeten krijgen als raciale groepen, die al worden beschermd door een vergelijkbare wet.

BRONNEN