NJCM dient bijdrage in aan het VN toezichthoudende Comité tegen Foltering

Het NJCM heeft haar bijdrage aan de ‘List of Issues Prior to Reporting’ (hierna: LOIPR) over de implementatie van het VN-verdrag tegen Foltering en andere wrede, onmenselijke en onterende behandeling of bestraffing door het Koninkrijk der Nederlanden ingediend bij het gelijknamig toezichthoudende Comité. Het Comité gebruikt deze en andere bijdragen van het maatschappelijke middenveld om vragen te formuleren aan het Koninkrijk over de implementatie van het verdrag.

Dit voorjaar heeft het NJCM een expert bijeenkomst georganiseerd waarin het maatschappelijke middenveld, experts en academici input konden leveren op welke kwesties terug zouden moeten komen in de bijdrage. Tijdens deze expert bijeenkomst en gedurende het schrijven van deze bijdrage hebben diverse NGO’s, experts, academici en betrokkenen van het NJCM hun kennis beschikbaar gesteld ten behoeve van deze bijdrage. In de rapportage is uiteindelijk een selectie van zeventien onderwerpen gemaakt die wij het toezichthoudende Comité adviseren om op te nemen in de LOIPR.

In de bijdrage wordt onder andere gevraagd waarom het Koninkrijk niet aan monitoring van uitgezette asielzoekers doet, of de regering van St. Maarten adequate maatregelen treft om de problemen in de Point Blanche gevangenis aan te pakken en hoe het gebruik van een dienstwapen en rubberen kogels in lijn is met het negende principe van de basisprincipes van de VN inzake het gebruik van geweld en vuurwapens door wetshandhavers. Andere onderwerpen die aanbod komen zijn de rechten van migranten en asielzoekers, het nationale preventie mechanisme, strafrechtelijke kwesties, gesloten jeugdhulp, onvrijwillige zorg, gebruik van geweld door de Nederlandse politie, etnische profilering en gender-gerelateerd geweld.

De ingediende bijdrage wordt in november 2021 tijdens de 72e sessie door het toezichthoudende Comité besproken. Na deze sessie zal het Comité de LIOPR opstellen. Deze lijst zal concrete vragen aan het Koninkrijk bevatten over de wijze waarop de rechten uit het verdrag worden geïmplementeerd. Het Koninkrijk zal middels een staatsrapport reageren op de kwesties. Het maatschappelijk middenveld heeft vervolgens ook weer gelegenheid om, in reactie op het staatsrapport, een bijdrage in te dienen.

Lees hier de ingediende bijdrage.