Onderzoek Universiteit van Tilburg Buitenlandse gevangenen in Europese strafinrichtingen

BRUSSEL. Op 13 september presenteerde de Universiteit van Tilburg het onderzoek ‘Buitenlandse gevangenen in Europese strafinrichtingen’, een onderzoek naar de situatie van buitenlandse gevangenen in de 25 landen van de Europese Unie.

De belangrijkste conclusie van het onderzoek is dat buitenlandse gedetineerden en in het bijzonder illegale vreemdelingen in vrijwel alle Europese landen slechter behandeld worden dan ‘gewone’ gevangenen.

Onderzoeker Anton van Kalmthout, hoogleraar straf- en migratierecht in Tilburg en lid van de Commission for the Prevention of Torture vindt het wenselijk dat in Europa aanvaardbare en bindende minimumnormen voor buitenlandse gedetineerden worden afgesproken, zodat ook zij aanspraak kunnen maken op fundamentele mensenrechten.

Uit het onderzoek blijkt, dat niet-veroordeelde buitenlanders vaak minder rechten hebben dan veroordeelde gevangenen. De onderzoekers constateren dat met name de medische zorg, rechtsbijstand, contacten met de buitenwereld en de behandeling tijdens de gevangenschap te wensen overlaten. Deze buitenlandse gevangenen worden, alsdus de onderzoekers, uitgesloten van reïntegratieprogramma’s en komen niet in aanmerking voor verlof en voorwaardelijke invrijheidsstelling, wat in strijd is met internationale regelgeving.

Het aantal buitenlandse gevangenen in Europa groeit verontrustend snel, zo blijkt uit het onderzoek. De problematiek groeit door globalisering en het wegvallen van de grenzen. Alleen al in de EU komen 500.000 illegalen per jaar binnen. Nederland sluit naar schatting jaarlijks 22.000 buitenlanders zonder papieren op. Het gaat om mensen die geen verblijfsvergunning hebben, en in afwachting van hun uitzetting vastzitten.

De groep veroordeelde buitenlandse gevangenen bedraagt inmiddels 21 procent van de gevangenispopulatie in Europa.

Aan het onderzoek werkten mee de Duitse universiteit van Greifswald, het Hongaarse Helsinki comité, de Jezuïtische Vluchtelingendienst Europa in Brussel, de Europese Reclasseringsorganisatie, het Bureau Buitenlandse Betrekkingen van de Nederlandse Reclassering en juridische en migratiespecialisten uit de 25 EU-landen.

De onderzoekers van de Tilburgse universiteit zullen hun bevindingen aan de Europese commissie aanbieden in de hoop dat er Europese richtlijnen komen.

BRONNEN