Nederland in de VN-Veiligheidsraad: NJCM-blog 6

De hervorming van VN-vredesmissies

Op 1 januari 2018 heeft Nederland Italië opgevolgd in hun gedeelde lidmaatschap van de VN-Veiligheidsraad in New York. Raksha Nazir van de werkgroep Europees Recht en Evita Jager en Anne Aagten van de werkgroep IBM van het NJCM volgen dit lidmaatschap op de voet en berichten dit jaar regelmatig over deze nieuwe rol van Nederland en de interessante ontwikkelingen die daaromtrent plaatsvinden op deze website.

Tijdens de campagne voor het lidmaatschap van de VN-Veiligheidsraad (hierna: VNVR) beloofde Nederland zich actief in te zullen zetten voor de verbetering van VN-vredesmissies. In alweer de zesde NJCM-blog over Nederland in de VNVR is het tijd om te kijken welke initiatieven Nederland heeft genomen in het streven naar hervormingen van vredesmissies om deze efficiënter en flexibeler te maken.

Verschillende hervormingsinitiatieven

Het Handvest van de Verenigde Naties geeft de VN-Veiligheidsraad de primaire verantwoordelijkheid om de internationale vrede en veiligheid in de wereld te bewaken. Om dit te bewerkstelligen, heeft de VNVR onder andere de mogelijkheid om een vredesmissie in het leven te roepen. De hoofdtaak van een vredesmissie is het verlenen van de benodigde assistentie en middelen om de vrede in een land te herstellen en te bewaken. Op dit moment zijn er vijftien VN-vredesmissies actief in de wereld, voornamelijk in Afrika en het Midden-Oosten. Nederland is betrokken bij zes vredemissies, met veruit de grootste inzet in Mali.

In de afgelopen jaren is het functioneren van VN-vredesmissies onder druk komen te staan. Dat komt onder meer door de stijging van het aantal conflicten en de toenemende complexiteit van conflicten doordat er vaak meerdere strijdende partijen zijn betrokken. Andere oorzaken zijn een tekort  aan vertrouwen van de staten in de vredesmissies en een gebrek aan transparantie en effectieve implementatie van de doelstellingen per missie. Sinds het begin van de 21ste eeuw zijn er initiatieven gestart om het functioneren van de vredesmissies van de VN te verbeteren. Zo werd in 2000 het zogenoemde Brahimi-rapport gepresenteerd met specifieke aanbevelingen voor het versterken van de VN-vredesmissies. In het kort hielden deze aanbevelingen in dat er meer financiële steun moest komen voor voldoende materialen en menskracht voor de missies en dat de doelstellingen per missie duidelijker geformuleerd moesten worden en realistischer zouden zijn (Brahimi-rapport p. 54-58). Het rapport leidde tot een aantal concrete hervormingsinitiatieven zoals het formuleren van richtlijnen voor VN-vredesbewakers, bekend als de Capstone Doctrine.

Negen jaren later werd het alsnog noodzakelijk geacht om de discussie omtrent het verbetering van de vredesmissies nieuw leven in te blazen. De voornaamste reden hiervoor was dat conflicten steeds gecompliceerder werden door meerdere betrokken partijen en nieuwe technologie. In 2009 werd daarom het New Horizon Initiative gestart met als voornaamste doel om concrete aanbevelingen te formuleren en te implementeren zodat de VN-vredesoperaties klaar zouden zijn voor toekomstige uitdagingen (zie Progress report No. 1 en Progress report No. 2). Op basis van het Brahimi-rapport en een dialoog met belangenorganisaties in het veld werden in een paper de toekomstige uitdagingen voor VN-vredesoperaties in kaart gebracht.

Het meest recente initiatief met betrekking tot de hervorming van vredesmissies betreft de Action for Peacekeeping (A4P) geïntroduceerd op 28 maart 2018 door VN Secretaris-Generaal António Guterres. Het hoofddoel van dit initiatief is om de (politieke) betrokkenheid van alle partijen bij de missies te vergoten teneinde de vredesoperaties te verbeteren. Met dit doel voor ogen werd op 16 augustus een Declaration of Shared Committment gepubliceerd. Op dit moment is deze verklaring door 146 landen, waaronder Nederland, en vier organisaties ondertekend. Afgelopen september werd vervolgens tijdens de Algemene Vergadering een bijeenkomst georganiseerd waar afgevaardigden van de betrokken partijen bij VN-vredesmissies samenkwamen met het doel om de politieke commitment ten aanzien van VN-vredesmissies te versterken en de uitvoering van het A4P-initiatief te bevorderen.

Wat kan Nederland betekenen in het streven naar hervormingen van VN-vredesmissies?

Een beladen stukje Nederlandse geschiedenis is de vredesoperatie in Srebrenica, waarbij ondanks de aanwezigheid van Nederlandse vredestroepen circa 7000 moslim jongens en mannen door Servische troepen werden gedood. Het mandaat van de vredesmissie stond militair ingrijpen niet toe. Het is dan ook niet onwaarschijnlijk dat dit een belangrijke reden is dat het voor Nederland prioriteit is om zich gedurende zijn VNVR-lidmaatschap in te zetten voor het moderniseren van vredesmissies.

Op 28 maart zat minister-president Mark Rutte een open debat van de VNVR voor waar gesproken werd over gezamenlijke acties om VN-vredesmissies te verbeteren en waar het A4P-initiatief werd aangenomen. In zijn toespraak ging Rutte in op de manier waarop efficiëntere en flexibelere VN-vredesmissies gerealiseerd kunnen worden. Als eerste noemde hij het belang van inlichtingenwerk zodat burgers en VN-vredesbewakers beter beschermd kunnen worden. Verder zei Rutte dat een rotatiesysteem van staten voor het leveren van materialen een goede manier zou zijn om te zorgen dat meer staten VN-vredesmissies ondersteunen. Ten slotte sprak Rutte over het belang van het uitbreiden van samenwerking met regionale partners zoals de Afrikaanse Unie.

Sinds april van dit jaar heeft Nederland zich ingezet voor de ontwikkeling van een presidentieel statement, dat werd aangenomen tijdens de VNVR-vergadering van 14 mei 2018 (zie ook ‘What’s in Blue, 11 mei 2018’?). Een presidentieel statement wordt ondersteund door alle VNVR-leden en verkrijgt hierdoor een aanzienlijke mate van politieke autoriteit. Het statement bevat een aantal nieuw geformuleerde doestellingen. Zo moet er een meer integrale aanpak van VN-vredesmissies komen door een combinatie van activiteiten die strekken tot verbetering van de veiligheid, de politieke situatie en de versterking van de rechtsstaat. Verder moeten VN-vredesmissies duidelijker geformuleerde en meer realistische mandaten krijgen die tussendoor regelmatig worden geëvalueerd door de VNVR aan de hand van de omstandigheden in het veld. Ten slotte steunt het statement expliciet het A4P-initiatief.

Al met al kan worden geconcludeerd dat Nederland zich door middel van het VNVR-lidmaatschap sterk inzet op het verbeteren van VN-vredesmissies. Dit heeft onder andere geleid tot de aanname van het presidentieel statement over de VN-vredesmissies, welke  namens de gehele VNVR wordt voorgedragen door de voorzitter van de Veiligheidsraad. Deze afspraken worden dus gesteund door de gehele VNVR. De tijd zal moeten leren of deze initiatieven daadwerkelijk zullen leiden tot meer flexibele en efficiënte VN-vredesmissies.

Anne Aagten

De VN-Veiligheidsraad is het hoogste politieke orgaan van de VN, waarin beslissingen worden genomen over internationale vrede en veiligheid. Hier worden alle belangrijke internationale conflicten besproken, maar ook mensenrechtenschendingen en humanitaire hulp. De Veiligheidsraad bestaat uit vijf permanente leden, de zogenaamde P5: de VS, Rusland, China, het Verenigd-Koninkrijk en Frankrijk, die elk een vetorecht hebben waarmee zij beslissingen van de Veiligheidsraad kunnen blokkeren. De niet-permanente leden moeten worden gekozen en hebben geen vetorecht.

In 2018 is Nederland een van de tien niet-permanente leden van de Veiligheidsraad. Nederland was zes keer eerder lid, waarvan de laatste keer in 1999-2000. Als verkozen lid zal Nederland ook participeren in subsidiaire organen (o.a. sanctiecomités) van de Veiligheidsraad en tevens het voorzitterschap vervullen van het sanctiecomité Noord-Korea en het Iran/Joint Comprehensive Plan of Action facilitatiemechanisme.

Meer lezen?

Lees hier de eerste blog over de Nederlandse plannen voor het lidmaatschap.

Lees hier de tweede blog over hoe Nederland de VNVR wil hervormen.

Lees hier de derde blog met een interview over internationale vrouwenrechten en gendergelijkheid.

Lees hier de vierde blog met een interview over accountability in Syrië.

Lees hier de vijfde blog over de naleving van het internationaal humanitair recht in de context van honger in Jemen.